Eiwitelektroforese


Ook wel bekend als
serumeiwitelektroforese, urine-eiwitelektroforese
Officiële naam
eiwitelektroforese

Waarom deze test?

Om een totaalbeeld te krijgen van de eiwitten in het lichaam. Elektroforese is een technisch hulpmiddel waarmee het mogelijk is eiwitten van elkaar te scheiden en de hoeveelheid van de verschillende eiwitten te meten.

Er wordt speciaal op gelet of er één soort eiwit in te grote hoeveelheden wordt gemaakt.

Welk materiaal?

Bloed, soms ook urine.

Wat wordt er getest?

De test meet de hoeveelheid en de soorten eiwitten die in bloed of urine aanwezig zijn. Vaak gaat het om eiwitten die behoren tot de afweerstoffen (immunoglobulines). Het eiwitpatroon in het lichaam hangt samen met de opname van eiwitten uit het dieet en omzetting en afbraak ervan in verschillende organen. Bij veranderingen van de orgaanfuncties en veranderingen in het dieet kunnen grote veranderingen in de eiwitconcentraties optreden. Bij de elektroforese worden de verschillende eiwitgroepen gezien als een bandenpatroon. Aan de hand van dat patroon kunnen verschillende aandoeningen van elkaar worden onderscheiden. De test wordt bijvoorbeeld gebruikt voor het vaststellen van multipel myeloom (ziekte van Kahler, een vorm van beenmergkanker).

Hoe wordt het materiaal verkregen?

Bloed: Een buisje bloed wordt afgenomen uit een ader aan de binnenkant van de arm, meestal in de plooi van de elleboog. Om deze ader goed te kunnen zien en voelen wordt een stuwbandje strak om de bovenarm getrokken. In de ader wordt geprikt met een holle naald waardoor het bloed in het buisje wordt gezogen. De naald wordt maar één keer gebruikt en daarna vernietigd.

24-uurs urine: Gedurende 24 uur moet de urine worden verzameld in een speciale kunststof fles. Meestal begint het verzamelen 's ochtends nadat er voor het eerst geplast is, daarna wordt 24 uur lang alle urine die geproduceerd wordt, verzameld tot aan het tijdstip waarop de vorige dag het verzamelen is begonnen.

Ochtendurine: Een beetje plas wordt opgevangen in een schoon potje. Dat kan het beste meteen na het opstaan. Ochtendurine is namelijk sterk geconcentreerd zodat afwijkingen daarin gemakkelijker kunnen worden opgespoord. Wel eerst de schaamstreek wassen, zodat er geen bacteriën of huidcellen in de urine terechtkomen. Het beste monster wordt verkregen door eerst een beetje uit te plassen in de wc en dan wat op te vangen in het potje. De rest kan gewoon weer in de wc. Binnen twee uur moet het potje naar het laboratorium worden gebracht. Anders in de koelkast bewaren.

Wanneer wordt deze test gedaan?

De arts zal een eiwitelektoforese aanvragen als uit onderzoek blijkt dat er iets mis is met de eiwitproductie of verwerking. Dit komt bijvoorbeeld vaak voor bij patiënten met symptomen van multipel myeloom (ziekte van Kahler) zoals botpijn en bloedarmoede en klachten als moeheid in combinatie met herhaaldelijke botbreuken en veelvuldige infecties. Verder zijn er nog verschillende andere ziektebeelden waarbij eiwitonderzoek aan de orde kan zijn: ontstekingen, auto-immuunziekten, nier- en leveraandoeningen. Bij nierziekten die gepaard gaan met eiwit uitscheiding is een electroforese van de urine vaak een goede test om meer informatie te krijgen. Natuurlijk hoeft dat niet te gebeuren bij gewone infecties, zoals blaasontstekingen. Bij ziekten die gepaard gaan met afwijkingen in het eiwitpatroon kan de arts met elektroforese zien hoe de ziekte zich ontwikkelt en controleren of een behandeling helpt.

Wat betekent de uitslag?

Gezien de vele mogelijkheden van oorzaken van afwijkingen in de elektroforese kan de interpretatie van de uitslag alleen zinvol gebeuren wanneer de patiëntenhistorie goed bekend is.

Een aantal mogelijke conclusies die passen bij resultaten van de elektroforese Eiwit(groep)te laag of afnamete hoog of toename albumine ondervoeding of slechte voedselopname vanuit darmen zwangerschap nierafwijking leverziekte ontstekingen ontwatering alfa-1-globuline zeldzame genetische afwijking ernstige leverziekte ontstekingen alfa-2-globuline hyperthyreoide (schildklierafwijking) ernstige leverziekte hemolyse (afbraak rode bloedcellen) nierziekten infecties beta-globulines ondervoeding ernstige leverziekte hypercholesterolemie (te hoog cholesterol) bloedarmoede a.g.v. ijzergebrek gamma-globulines genetische afwijkingen verstoorde werking afweersysteem bijv. door aids ontstekingen a.g.v. bijvoorbeeld reuma, leverziekten, infecties

Nog vragen?

De informatie over deze test komt van deskundigen uit het ziekenhuislaboratorium. Daar worden dagelijks vele honderden testen uitgevoerd. Laboratoriumspecialisten zorgen er voor dat dit op een veilige en juiste manier gebeurt. Zij adviseren de dokter bij afwijkende uitslagen en ingewikkelde problemen.


Heeft u naar aanleiding van deze informatie nog een vraag?
Stel deze dan aan een klinisch chemicus.

Heeft u als KC naar aanleiding van deze informatie nog een aanvulling?
Geef deze dan door aan de webredactie.