Hepatitis A
Waarom deze test?
Om een hepatitis A infectie vast te stellen of om te controleren of de vaccinatie tegen hepatitis A heeft gewerkt.
Welk materiaal?
Bloed
Wat wordt er getest?
De test meet de aanwezigheid van antistoffen tegen het hepatitis A virus. Na infectie met het virus maakt het lichaam antistoffen aan tegen het virus. De antistoffen tegen het hepatitis A virus kunnen van het type IgM zijn na een recente infectie of van het type IgG na een langere periode. Het lab meet de IgM apart en de IgG samen met de IgM (totaal).
Een infectie met hepatitis A leidt tot een zeer besmettelijke leverontsteking. Het virus wordt gemakkelijk overgedragen via besmet voedsel of drinkwater. Goede hygiëne verkleint het besmettingsgevaar en vaccinatie kan infectie voorkomen.
Voor zover men weet, kan een infectie met hepatitis A maar eenmaal in een mensenleven optreden. Daarna, zo leert de ervaring, is men immuun tegen de ziekte.
Van hepatitisvirussen bestaan er naast het A-type nog de types B tot en met G. De vier laatste (D, E, F en G) komen nauwelijks voor. Het zijn vooral de hepatitisvirussen A, B en C die regelmatig het nieuws halen. Door de aanduiding ‘hepatitisvirus' met verschillende letters lijkt het alsof het zou gaan om sterk op elkaar lijkende virussen. Dat is niet het geval. Het gaat om geheel verschillende virussen met verschillende ziekteverschijnselen en gevolgen.
Hoe wordt het materiaal verkregen?
Een buisje bloed wordt afgenomen uit een ader aan de binnenkant van de arm, meestal in de plooi van de elleboog. Om deze ader goed te kunnen zien en voelen wordt een stuwbandje strak om de bovenarm getrokken. In de ader wordt geprikt met een holle naald waardoor het bloed in het buisje wordt gezogen. De naald wordt maar één keer gebruikt en daarna vernietigd.
Wanneer wordt deze test gedaan?
De arts zal de test aanvragen wanneer de verschijnselen bij de patiënt duiden op een leverontsteking. De patiënt ziet er dan vaak gelig uit en heeft ook andere klachten die bij een leverontsteking passen. Met de test kan de arts vaststellen of de leverontsteking is veroorzaakt door het hepatitis A virus.
Ook wordt de test aangevraagd om te controleren of de vaccinatie tegen een infectie met het hepatitis A virus is geslaagd en/of om te oordelen of de vaccinatie nog voldoende bescherming biedt.
Wat betekent de uitslag?
Normaal:Als er geen sprake is van infectie met het hepatitis A virus, worden geen antistoffen tegen het virus gevonden.
Positief:Positief betekent dat een antistof tegen het hepatitis A virus is aangetoond. Als de antistof van het type IgM is, duidt dat op een acute infectie, terwijl de aanwezigheid van IgG laat zien dat de infectie al langer geleden is opgetreden. Ook kan met de aanwezigheid van IgG worden aangetoond dat de vaccinatie is geslaagd en/of dat de vaccinatie voldoende bescherming biedt.
Negatief:Negatief betekent dat geen antistof tegen hepatitis A virus is aangetoond. Er zal verder onderzoek moeten plaatsvinden om een leverontsteking (en de oorzaak ervan) vast te stellen.
Nog vragen?
De informatie over deze test komt van deskundigen uit het ziekenhuislaboratorium. Daar worden dagelijks vele honderden testen uitgevoerd. Laboratoriumspecialisten zorgen er voor dat dit op een veilige en juiste manier gebeurt. Zij adviseren de dokter bij afwijkende uitslagen en ingewikkelde problemen.
Heeft u naar aanleiding van deze informatie nog een vraag?
Stel deze dan aan een klinisch chemicus.
Heeft u als KC naar aanleiding van deze informatie nog een aanvulling?
Geef deze dan door aan de webredactie.